maandag 16 oktober 2017

Leven, het beste wat we hebben.


Het beste wat we hebben is een boek over stoppen met almaar doorgaan en stil blijven staan, over de complexiteit van collectief oud zeer, over hoever de schaduwen van het verleden reiken, over afscheid durven nemen, over de schoonheid van echte soorten samen, over wat een mens kan doen in een wereld zoals die van nu. 

Deze roman is het eerste deel van een trilogie waarin Griet Op de Beeck een voor haar erg belangrijke thematiek tot op het bot wil proberen uit te spitten. Drie boeken, perfect afzonderlijk te lezen indien gewenst, met drie perspectieven op eenzelfde problematiek, die telkens de ruimte krijgen. Omdat sommige dingen niet simpel te vertellen zijn.

De boeken van Griet op de Beeck staan niet bekend om hun luchtige inhoud, zo ook Het beste wat we hebben niet.

Lucas is een man die vast zit in zijn werk, in zijn huwelijk en in zijn leven. Op een dag staat hij, zonder dat hij eigenlijk weet hoe het zover is gekomen, op een brug waarvan al velen sprongen om een einde aan hun leven te maken.  

Terwijl Lucas er staat gaan er veel dingen door hem heen, voordat hij letterlijk een stap terug doet in zijn leven.
Langzaam wordt duidelijk wat er zich in zijn jeugd een grote rol heeft gespeeld. Zijn zus woont in een instelling en draagt ook de gevolgen van hun jeugd. 
Zij heeft heel duidelijke inzichten en van haar komt dan ook de uitspraak “leven, het beste wat we hebben’.

Een verhaal wat zich langzaam ontvouwt en geschreven in mooie zinnen die een genot zijn om te lezen. Vlamingen en taal, een mooie combinatie.

Er werd weleens beweerd dat juist in de wens het waarlijke geluk ligt, in het nog onvervulde willen, maar niks was minder waar, vond hij. In het weerzien, het vinden, het landen, daar zat het, zoveel wist hij inmiddels zeker.

En zo zijn er vele mooie citaten! Een bijzondere boek weer.

Voor mij persoonlijk blijft toch  Vele hemels boven de zevende –vooralsnog- het mooiste boek van Griet op de Beeck.

maandag 2 oktober 2017

Een nieuw begin.............




Jennifer Brugman is een gedreven rechercheur met een pijnlijk verleden. Ze wil graag opnieuw beginnen en een baan in haar geboortestad Rotterdam biedt haar die kans. Samen met haar nieuwe collega’s werkt ze aan een heftige moordzaak: het opsporen van een moordenaar die een voorliefde heeft voor Griekse Mythologie en het afstraffen van overspelige vrouwen. Lukt het Jennifer geheim te houden wat haar overkomen is en echt opnieuw te beginnen, als het er steeds meer op gaat lijken dat de Mythologie-moordenaar het op haar gemunt heeft…

Een boek wat lekker begint  met: “Au verdomme!”. Vervolgens ging ik vlot door het eerste hoofdstuk en was mijn nieuwsgierigheid naar de rest van het verhaal geboren. 

Al snel duiken er personages op waarbij je als lezer je vraagtekens zet. 
Jennifer blijkt een lastig verleden te hebben. Een verleden waarvan ze last heeft en waar ze minder los van staat in haar nieuwe baan in Rotterdam dan ze had gehoopt. 
Het verhaal is goed opgebouwd. Hoe verder je in het verhaal komt hoe meer het je boeit. Dacht ik te weten hoe het zat met de dader en bleek ik op het verkeerde been gezet. Uiteindelijk sluit het verhaal met een twist die ik niet had bedacht. Hoe dicht ligt liefde en haat bij elkaar?

Met haar debuut maakt Angelique Haak ook daadwerkelijk een nieuw begin een nieuw begin als schrijfster van thrillers. Want ik hoop, en denk niet dat het bij dit debuut blijft.

De Crime Compagnie heeft met Angelique Haak opnieuw een sterke vrouwelijke thrillerschrijfster ingelijfd.